De zaak Dutroux heeft effectief voor enkele zeer belangrijke aanpassingen gezorgd in het juridisch landschap:
- Politiehervorming
De grote rivaliteit tussen verschillende politiekorpsen en het gebrek aan delen van informatie had desastreuze gevolgen in het onderzoek naar de verdwenen meisjes.
De structuur en organisatie van de politie werd hervormd tot een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus: de federale politie en de lokale politiezones.
- Oprichting strafuitvoeringsrechtbanken
Dutroux, die aldus eerder was veroordeeld, was voorwaardelijk in vrijheid gesteld, dit door een beslissing die toen bij de minister van Justitie lag. Door de oprichting van de commissies Voorwaardelijke Invrijheidstelling, nu Strafuitvoeringsrechtbanken, werd deze bevoegdheid weggenomen bij de minister en toevertrouwd aan magistraten.
- Slachtoffers
De stem van slachtoffers in de procedure werd belangrijker. Zij kregen nieuwe rechten, die ervoor zorgen dat zij meer betrokken worden bij het onderzoek. Zo kunnen zij als burgerlijke partij inzage vragen in het strafdossier, bijkomend onderzoek vragen enz.
- Oprichting Cel Vermiste personen, justitiehuizen, diensten voor slachtofferhulp
Bij politiediensten en parket werden er diensten voor slachtofferhulp opgericht, belast met de begeleiding van slachtoffers. Er werden justitiehuizen en tevens de Cel voor vermiste personen opgericht.
- Oprichting Hoger Raad voor Justitie
Dit betreft een belangrijke, onafhankelijke instantie met als opdracht een externe controle uit te voeren op rechtbanken en magistraten.
- Oprichting Federaal parket
Dit met het oog op de globale aanpak van complexe dossiers die zich over meerdere gerechtelijke arrondissementen afspelen of zelfs over de landsgrenzen heen.
Dat de zaak Dutroux aldus voor een schokeffect heeft gezorgd binnen politiek en justitie hoeft geen betoog. De hervormingsplannen gingen zelfs nog verder en dachten ook aan een grondige aanpak van het strafprocesrecht. Echter, het herschrijven van het Wetboek Strafvordering bleek een werk van zeer lange adem, waar men tot op heden aan werkt.